De overstap van Bethslot Woldeamanuel naar Hellevoetsluis lijkt voor de speler en de club een schot in de roos. De Rozenburger heeft zijn plekkie gevonden aan de Brielsestraatweg en is nu met Hellevoetsluis op weg naar een stunt in de nacompetitie. Afgelopen weekend werd Nivo Sparta aan de zegekar gebonden. De eerste klasse gloort aan de horizon. Alhoewel die horizon nog twee wedstrijden weg is voor Hellevoetsluis, voor ze op sportpark Historyland een echt feestje kunnen gaan bouwen.

Trainer/coach Mark van Os kende zeker de kwaliteiten van Woldeamanuel. In de periode bij Rozenburg, op sportpark West, liet hij Bethslot debuteren in het eerste elftal. Nu aan de Brielsestraatweg in Hellevoet grossiert de nummer 10 met assists en weet ook het netje regelmatig te vinden. Is Hellevoetsluis bezig aan een stunt in het eerste jaar met Mark van Os aan het roer, het lijkt er wel op. De eerste horde werd afgelopen weekend genomen in Zaltbommel door Nivo Sparta te verslaan in de penalty reeks. Bethslot Woldeamanuel was de maker van de derde penalty. “IK moest de bal bij de cornervlag ophalen”, kijkt de Rozenburger terug op die penalty. “De keeper had die bal nog even weggetrapt en kreeg daar ook geel voor. Dan loop je langs het publiek die je van alles toeroepen, je gaat missen, je kan er niets van, en dat soort dingen. Natuurlijk hoor je dat wel, maar ik zat prima in de wedstrijd en voelde me sterk. Ik wacht meestal niet op een reactie van de keeper. Ik wist in welke hoek die bal erin moest. Dat lukten en de keeper koos ook nog eens de verkeerde hoek.”

Stuntje in de maak? “Zou zomaar kunnen”, kijkt Bethslot Woldeamanuel terug op de wedstrijd in Zaltbommel. “Laten we eerlijk zijn. We kwamen zeker tegen de verhouding in op een voorsprong. Geen slechte ploeg, zeker niet. In de beginfase waren we flink aan het zoeken. We wisten wel dat ze met wat ruimte achter de verdediging spelen. Ze wilden graag hogerop staan, dat is hun spelletje. Zo kwamen we ook aan de 0-1 voorsprong. Een doelpunt van Jeffrey Burger (op aangeven van Bethslot, red.) konden we meenemen naar de rust.” Bethslot speelde een prima wedstrijd en zat heel goed in de wedstrijd. De Rozenburger is vaak belangrijk voor zijn ploeg. Wat gebeurde er in de rust. “Je weet een nacompetitie potje, we hadden voetballend tot dan toe niet heel veel te vertellen, maar het gaat er dan om wie de meeste doelpunten maakt. We stonden voor en zaten met vertrouwen in de kleedkamer en goede moed om die tweede helft in te gaan. We kwamen voor mijn gevoel beter uit de kleedkamer dan dat we er in gingen. We kregen een schandalige penalty tegen, absoluut niet terecht. Zo snel als de bal bij ons op de stip ging was dat ook aan de andere kant zo. Leek een goedmakertje. Vond het zeer licht, maar dat was ook zo bij de penalty die wij kregen. Stonden we dus weer op voorsprong. In de tachtigste minuut kreeg hun spits net even te veel ruimte, hij zat echt in de zak van onze verdedigers, maar schiet de bal prachtig in de kruising en stonden we weer gelijk.” De verlening was toch veel tegenhouden, als we goed naar Bethslot luisteren. Hellevoetsluis zakte verder in en werd meer en meer teruggedrongen op de eigen helft. ”We moesten inzakken tot ver op onze helft, dat absoluut. Ze maakte ook nog een goal, die afgekeurd werd voor buitenspel.In de nacompetitie heb je neutrale grensrechters, dus geen twijfel. Overigens hadden ze ook in de eerste helft een buitenspeldoelpunt gemaakt.” Dan komt het op penalty’s aan. “Ja, een echt lijstje was, er dacht ik niet. Jeffrey Burger meldde zich voor de eerste, Nick Koopal wilde graag de tweede. Thomas Melching en Brendon Jansen meldde zich ook en bleef nummer 3 over, het werd stil en toen was het duidelijk, ik doe het. Als je dan naar de stip loopt, toch wel een beetje nerveus, laat ik zeggen gezonde spanning. Maar die bal moest tegen de touwen, dat is dan de opdracht.”

En nu? “Zaterdag naar Wouw in Brabant, weer een stukje rijden met de bus. Het is een zondagploeg dus zaterdag spelen om zes uur in de avond. Voor de rest weet ik er helemaal niets van, gaan we nog wel horen wat Mark er van weet. Soms sta ik echt versteld wat Mark weet van onbekende tegenstanders. We zijn er nog niet, maar aan de andere kant waarom niet. We gaan het zien, ik ben ook nog druk met afstuderen en drie keer in de week voor de klas. Dat afstuderen niet onbelangrijk, en als dat achter de rug is ga ik als docent Engels voor de klas, erg veel zin in. Maar eerst verder werken aan dat stuntje tegen Cluzona (Club zonder naam), zou zomaar kunnen.”