Zo rond de feestdagen halen de meeste mensen alles uit de kast om het gezellig te maken en staan er een meerdere gangen op de menukaart voor een etentje met familie en/of vrienden. Mooi gedekte tafels, gerechten die in december al zijn uitgeprobeerd om te kijken of ze “Kerstproef” zijn. De wijn is opeens niet meer lekker, maar het zijn mooie wijnen die op tafel staan. De tv koks gebruiken die term ook wel vaak, lekker is kennelijk niet meer van deze tijd. Kortom het latje ligt hoog! Dat zelfde zie je ook wel in de voetballerij.

Voetbal is emotie. Dat weten we allemaal. Maar soms lijkt het alsof die emotie verandert in iets anders: een verwachtingsmachine die nooit stopt met draaien. Elke speler moet beter, sneller, sterker. Elke trainer moet direct resultaat leveren. En elke club – van amateur tot Champions League – moet presteren alsof er geen morgen bestaat. De vraag is: is dat nog realistisch, of leggen we het latje simpelweg te hoog?

Het lijkt of er een kern van waarheid in zit, maar ……. Als we naar v.v. Rozenburg kijken werd het latje wel degelijk lager gelegd. Na 11 jaar op het hoogste amateurniveau van Nederland, spelen de Rood Gelen nu in de vierde klasse. En de weg terug omhoog wordt meer dan lastig zonder een ‘Gouden Generatie’ of een buidel vol met munten. Er zijn in het amateurvoetbal meerdere clubs die afhankelijk zijn van een buideltje of spelers van niveau die trouw blijven aan de club. De betere spelers gaan toch liever wat hoger spelen, kijken waar hun grenzen liggen, zeker als ze er met kop en schouders bovenuit steken. En het is geen tegeltjes wijsheid, dat je zelf ook beter gaat spelen met betere voetballers om je heen. In het betaal voetbal is het vaak nog erger. De mentale druk is enorm. We praten steeds meer over mentale gezondheid in de sport, maar ondertussen verwachten we dat spelers foutloos functioneren. Een 19-jarige die een penalty mist? “Niet goed genoeg.” Een verdediger die één keer verkeerd uitstapt? “Onprofessioneel.” Een trainer die een experiment probeert? “Onbegrijpelijk”. En waar komt dat nu allemaal vandaan? Media die elke misstap uitvergroten. Supporters die leven tussen hoop en teleurstelling. Clubs die financieel afhankelijk zijn van succes. Sociale media waar iedereen een analist is. Maar is dat nu allemaal wel realistisch? Feyenoord werd in “Honderd” jaar 16 keer kampioen. Maar er heerst zo hier en daar de hardnekkige gedachte dat er elk jaar een feestje te vieren is op de Coolsingel.

Het gevolg:

  • Trainers die na een paar mindere wedstrijden “ter discussie staan”.
  • Jeugdspelers die op hun 14e al beoordeeld worden alsof ze een miljoenencontract moeten rechtvaardigen.
  • Clubs die afhankelijk zijn van de resultaten en de daarbij behorende buidel met munten.
  • Supporters die vergeten dat progressie zelden met een rechte lijn om hoog gaat.

Het latje mag best hoog liggen – ambitie hoort bij sport. Maar als het zó hoog ligt dat niemand er nog overheen kan, dan verliezen we iets moois in de sport: plezier, creativiteit en menselijkheid. Misschien is het tijd om het latje niet gelijk lager te leggen, maar een beetje realistischer. En morgen, staat bij ons het servies weer in de kast, achter een dichte deur te pronken. En wij weer met bord op schoot voor de tv, of ………….